Fietsroute 'de Maas als vriend en vijand' Oost, vanaf Herpen

3 uur (52,0 km)

Dit deel van de fietsroute 'De Maas als vriend en Vijand' neemt je mee door het gebied ten noordwesten van Oss. Je maakt een rondje van 42 kilometer; daarbij komt een uitstapje naar het stadje Grave van in totaal 10 kilometer.

De route voert vrijwel geheel via de bekende fietsknooppunten. Teneinde onhandige omwegen te voorkomen, of om een bepaald object in de route op te kunnen nemen, moest hiervan op een paar punten worden afgeweken; dit is in de beschrijvende tekst en op de routekaart aangegeven. 

Download (PDF): Knooppuntenkaart fietsroute 'De Maas als vriend en vijand' Oost

Download (PDF): Brochure themaroute 'Maas als vriend en vijand'

Benieuwd naar de gehele route? Download (PDF): Knooppuntenkaart gehele 'Maas als vriend en vijand' fietsroute.

Dit ga je zien

Startpunt: Schaijkseweg 3
5373 KL Herpen
1

Kapel van Onze Lieve Vrouw der Zeven Weeën

Kapel van Onze Lieve Vrouw der Zeven Weeën
Kapelstraat 53
5366 ZG Megen
Kapel van Onze Lieve Vrouw der Zeven Weeën
2

Graaf de Brimeu

Graaf de Brimeu
Graaf de Brimeuplein
Megen
Graaf de Brimeu
3

Gevangentoren Megen

Gevangentoren Megen
Torenstraat 27
5366 BJ Megen
Gevangentoren Megen
4

Sint Jan de Doperkerk

Sint Jan de Doperkerk
St. Jansstraat 2
5355 KC Neerlangel
Sint Jan de Doperkerk
5

Philips van Kleefbolwerck

Philips van Kleefbolwerck
van Coothweg 1
5371 AB Ravenstein
Philips van Kleefbolwerck
6

Dieden

Dieden
Dieden
7

School Neerloon

Loonsestraat 3
5371 PJ Neerloon
School Neerloon
8

Het Heilig Hartbeeld Neerloon

Maasdijk 69
5371 KB Demen
Het Heilig Hartbeeld Neerloon
9

Informatiecentrum Keent Brabants Landschap

Zuijdenhoutstraat 2
5371 RB Keent
Informatiecentrum Keent Brabants Landschap
10

De Hamelspoel

5373 LB Herpen
De Hamelspoel
11

Erfdijk en Hamelspoel

Erfdijk en Hamelspoel
Erfdijk
5373 KV Herpen
Erfdijk en Hamelspoel
Eindpunt: Schaijkseweg 3
5373 KL Herpen

Beschrijving

Startpunt: Schaijkseweg 3
5373 KL Herpen

Start beschrijving: Schaijkseweg 3, 5373 KL, Herpen (parkeergelegenheid).  

Je begint bij knooppunt 17. Rijd weg in de richting van knooppunt 16, dus zo dat je op het dubbele fietspad de rijweg aan je rechterhand hebt. Sla op de rotonde linksaf, Berghemseweg. Tweede weg rechts, Koolwijksestraat. Tweede weg links, Bruulweg. Je steekt het spoor over. Einde weg links, Waatselaar.

Bij de bocht naar rechts ligt links een bosje met daarin een visvijver, Waatselaar geheten.

Deze vijver is in de jaren zeventig gegraven voor de zand- en grindwinning; tussen 1974 en 1978 is hier door leden van de heemkundekring Maasland archeologisch onderzoek verricht. De vondsten (variërend van het midden-neolithicum tot de Romeinse tijd) omvatten o.a. werktuigen, aardewerk en sieraden. Met ‘waatselaar’ zou overigens de kwartel zijn bedoeld.

Voorbij knooppunt 16 rechtdoor, Korstestraat; einde weg rechts, Waterstraat. Waar de knooppuntroute linksaf slaat ga je rechtdoor. Volg de Waterstraat over het bruggetje.

De weg kruist hier de Hertogswetering. Dit afwateringskanaal is in de 14e eeuw gegraven in het traject van de Beersche Maas (de hertog zou dan Jan II van Brabant moeten zijn geweest). Het is een combinatie van gegraven gedeeltes (de eigenlijke weteringen) en restanten van de oude Maasbedding.

De weg heet inmiddels Nieuwe Spaanse Steeg. Bij de bocht naar links zie je rechts een bosje; hierdoor loopt het traject van de Groenendijk. 

De Groenendijk werd in 1326 voor het eerst genoemd, maar was ouder. Hij werd aangelegd toen de Maas stroomopwaarts van Megen nog onbedijkt was, en liep vanaf de Maasbocht bij Haren tot de hogere zandgronden bij Berghem. Zo kon het water uit het oosten zijdelings worden afgevoerd naar de Maas. Na de afronding van de bedijking in het oosten bleef de Groenendijk liggen, precies op de grens tussen het Graafschap Megen en het Land van Ravenstein. Na 1500 was hij een dwarsdijk, een barrière in de bedding van de Beersche Maas, met Haren aan de ene en Deursen-Dennenburg aan de andere kant. Eeuwenlange conflicten waren het gevolg: de ene partij wilde de dijk doorsteken om van het water af te komen, de andere trachtte dat te voorkomen. Rond 1950 is de Groenendijk afgegraven. In het populierenbosje aan de Nieuwe Spaanse Steeg liggen nog restanten en enkele wielen.

De Nieuwe Spaanse Steeg eindigt in een T-kruising; sla hier linksaf, Berghemseweg. Even verderop een viersprong; hier, bij knooppunt 43, kom je weer terug op de knooppuntroute. Sla rechtsaf, richting knooppunt 14 (Tussenrijtstraat). Einde weg links, Broekstraat, vervolgens eerste weg rechts (Geerstraat, verderop Eemmeer). Steek bij de stoplichten over en sla aan de overzijde van de N329 rechtsaf. Eerste weg links, Nieuwe Waterweg. Even voorbij de rotonde houdt het fietspad rechts aan, een beboste strook in. 

Dit gebiedje langs de Hertogswetering is recent ontwikkeld als een natuurlijke moeraszone. Er zijn hier bevers gesignaleerd! Bij de bocht zie je voor je het Delenkanaal, dat Oss verbindt met de Maas; de Hertogswetering kruist het kanaal via een sifon – vergelijkbaar met de bekende zwanenhals uit de sanitairtechniek.

Vervolg de weg (Huisdaalsestraat) tot je uitkomt op de drukke Dorpenweg. Alvorens over te steken en linksaf te slaan naar knooppunt 14 kun je overwegen 300 meter naar rechts te rijden voor een bezoek aan de eendenkooi. 

De eendenkooi van Macharen is van het bekende ‘roggenei-model’. De kooi is deels gerestaureerd, zodat je een goede indruk kunt krijgen van de werkwijze. Zie verder het informatiepaneel ter plekke.

Aangekomen bij knooppunt 14 kun je kiezen voor de verbinding met de westelijke route: ga de brug over, sla bij de rotonde rechtsaf, Kerkstraat; rijd rechtuit tot de dijk en volg deze linksaf tot knooppunt 13. 

Voor het vervolg van de oostelijke route ga je bij knooppunt echter rechtsaf langs het kanaal, Sluisweg; neem de eerste weg rechtsaf de dijk op, Megensedijk. Je rijdt de dijk af en komt op een viersprong; rechts de kapel OLV van zeven weeën uit 1735. Ga linksaf weer de dijk op, Hoogduinsestraat; boven aangekomen zie je links een zwembadachtige laagte, vroeger het haventje van Megen.

Omstreeks 1850 was het stadje Megen een haventje rijk, in de Maasuiterwaarde, niet ver van de Kapel van Maria van de Zeven Smarten. Dit haventje was geen gemeentelijke aangelegenheid; enkele Megense ondernemers hadden het laten aanleggen. In de tweede helft van de 19e eeuw slibde de toegang tot het haventje geleidelijk dicht en werd het onderhoud gestaakt. Momenteel zijn de contouren van het haventje nog zichtbaar. Het bijbehorende sluisje is ook nog aanwezig.

Vervolg de route via het fietspad over de Maasdijk. Blijf dezelfde richting volgen waar deze, bij knooppunt 34, weer uitkomt op de weg, Maasdijk. Waar de dijk (bij knooppunt 35) een bocht naar links maakt rijd je rechtdoor, het stadje Megen in (Verlengde Torenstraat). Je ziet aan je rechterhand het oude stadhuis en het pleintje met het standbeeld van Karel van Brimeu, Graaf van Megen (1524-1572). Je verlaat het stadje bij de 14e-eeuwse Gevangentoren. Je komt weer op de Maasdijk, volg deze naar rechts (richting knooppunt 43) en kruis de drukke N239. Aan de overzijde volg je de Harensedijk.

De polder links van je hoorde nog tot de jaren 50 bij Gelderland. Tot in de 17e eeuw namelijk liep de Maas onder langs de dijk; door een spontane doorbraak ter hoogte van Appeltern, aan de overkant, is deze arm toen afgesneden geraakt. In het stroombed van deze oude Maasarm tussen Megen en Haren ligt een gedenksteen, omgeven door een ijzeren hekwerk. Het monumentje is geplaatst naar aanleiding van een trieste gebeurtenis. Op 4 september 1935 trof de bliksem een schaftkeet van de Werkverschaffing Maasverbetering, hier vlakbij. Binnen schuilde een groep arbeiders. Drie van hen werden gedood en vijf gewond.

Blijf de dijk volgen voorbij knooppunt 43 en de bocht naar links, bij de communicatietoren (135 meter). 

Tot niet zo lang geleden heette dit huis in de bocht van de oude Maasarm nabij Haren “De Sluis”. De naam herinnert aan de Harense of Diedense Sluis, die hier al in de middeleeuwen lag. In 1881-’82 werd een stoomgemaal bij deze sluis gebouwd. Jammer genoeg heeft dat nooit goed gefunctioneerd vanwege de slordigheid van de machinist, die vaak dronken was. In 1899 is het gemaal gesloopt, maar de afbetaling van de bouwkosten zou nog 50 jaar duren.

Blijf de Maasdijk volgen. Onderweg passeer je de voormalige NH kerk in Dieden (13e eeuw, toren uit de 15e eeuw), en de molen Stella Polaris. In Demen de Willibrorduskerk, in Neerlangel de Sint-Jan de Doperkerk. 

Langs de rivier vallen de bakenbomen op: deze werden op regelmatige afstanden aan weerszijden van de rivier geplaatst. Zo konden, in een tijd zonder radar of gps, de schippers de vaargeul blijven volgen, ook wanneer de uiterwaarden ’s winters waren overstroomd.

Even voorbij knooppunt 41 kruis je de spoorweg. Links zie je de spoorbrug over de Maas, die een totale lengte heeft van 400 meter.

Deze Edithbrug, genoemd naar de dochter van de Britse financier en initiatiefnemer Alexander Brogden, werd aangelegd in de jaren 1872-1874 en in 1881 in gebruik genomen. In de volksmond circuleert de naam Whiskybrug vanwege het grote aantal Schotten dat bij de bouw was ingehuurd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de brug tweemaal opgeblazen. In de uiterwaarden zie je nog de restanten van een Nederlandse kazemat die in de jaren dertig is gebouwd ter verdediging van de brug.

Bij knooppunt 18 zie je aan de linkerzijde een gereconstrueerd bolwerk, mèt kanon; op het door een grachtje omgeven terrein rechts onderaan de dijk stond tot tweehonderd jaar geleden kasteel Ravenstein. 

Eeuwenlang lag in de Maas bij Ravenstein een langgerekt eiland, de Middelwaard. Daar dichtbij liet Walraven van Valkenburg in 1360 binnendijks een kasteel bouwen van waaruit hij de schippers op de Maas tol liet betalen. Bij dit kasteel ontstond Ravenstein, dat in 1380 stadsrechten kreeg en hoofdstad werd van het vrije Land van Ravenstein. In 1818 is het kasteel gesloopt, maar de slotgracht ligt er nog steeds. De Middelwaard is nu een gewone uiterwaard, tegen de Maasdijk aan en grotendeels industrieterrein.

Blijf de Maasdijk volgen; aan de linkerzijde een tweede bastion. Houd op de splitsing in het zicht van de verkeersbrug (knooppunt 02) links aan en blijf de dijk volgen.

In vroeger eeuwen kon je bij Neerloon ’s zomers, wanneer het rivierpeil erg laag was, de Maas gemakkelijk oversteken. Zo’n doorwaadbare plek werd een staaij genoemd. De Staaijstraat herinnert daaraan. Vanaf de dijk vallen ook de bakenbomen langs de rivier op. Deze zijn in de jaren 1930-’40 langs de hele Brabantse Maas aangeplant ten dienste van de schippers, die toen nog niet beschikten over radar.

In Neerloon zie je aan je rechterhand de St. Victorkerk, met Rijksmonumentale pastorie en H. Hartbeeld. Voorbij de bocht in de dijk kom je bij knooppunt 19.

In de 19e eeuw had Overlangel een heuse Maashaven die vooral naam kreeg door de aan en afvoer van wijn uit Frankrijk en Duitsland. Dat was te danken aan de familie De Bruijn, die hier een wijnhandel had. Het bedrijf floreerde zodanig dat de familie in staat was om het dorp in 1854 een parochiekerk te schenken. Het neogotische bouwwerk staat er nog steeds. Het scheepje bovenop de gietijzeren torenspits herinnert aan dit handelsverleden. Ook wijnhandel De Bruijn bestaat nog steeds, maar is sinds 1880 gevestigd in Nijmegen.

Sla linksaf, de brug over de (herstelde) rivier (Keentseweg). 

De Maasbocht rondom het Gelderse gehucht Keent verdween in de jaren ’30 als gevolg van het rechttrekken van de Maas. Keent werd toen gescheiden van het hoofddorp Balgoij en in 1958 aan de Brabantse gemeente Ravenstein toegevoegd. In de periode 1980-1995 kreeg het gehucht landelijke bekendheid vanwege uitzonderlijk hoge waterstanden van de Maas, waardoor de inwoners alleen per boot het “vasteland” konden bereiken. Sinds het project “Ruimte voor de rivier” staat er weer water in de oude rivierbedding en is er een brug gebouwd tussen Keent en Overlangel. In de uiterwaarden lag in de jaren ’30 en ’40 een vliegveld dat een belangrijke rol speelde in de bevrijding van Nederland in 1944-‘45.

Houd op de splitsing rechts aan, Zuijdenhoutstraat. Aan je linkerzijde het bezoekerscentrum van de Stichting Tauros, die een deel van de uiterwaarden rond de oude Maasarm bij Keent laat begrazen door Taurosrunderen. Blijf de weg volgen (Velpseweg) tot knooppunt 20. Bij knooppunt 20 begint de route naar het vestingstadje Grave (10 km, heen en terug). Volg dit pad in ieder geval 100 meter, tot het sluisje aan je linkerkant.

Sluisje Keent lag vóór 1800 al op deze plek, in de zomerdijk aan de rand van de Maasuiterwaarde tegenover Keent, een klein uitwateringssluisje. In 1882 liet de Polder van Mars en Wijth het sluisje grondig vernieuwen, maar na de Maaswerken van de jaren ’30 verloor het zijn functie en raakte het overwoekerd. Landschapsbeheer Oss legde het sluisje in 2016 bloot, in afwachting van een definitieve restauratie.

Sla voor het vervolg van de route naar Grave aan het eind van dit fietspad rechtsaf en ga direct scherp linksaf, de dijk op (Mars en Wijthdijk). Ga aan het eind het bruggetje over, langs het gemaal. 

Het stuw- en sluiscomplex bij Grave kwam in 1929 gereed in het kader van de normalisatie en kanalisatie van de Maas. Deze grillige regenrivier werd dankzij de bochtafsnijdingen en de stuwen beter beheers- en bevaarbaar. Tussen Zuid-Limburg en ’s-Hertogenbosch verrezen in de Maas in totaal zeven stuwen met schutsluizen. Stroomafwaarts van de Graafse stuw zien we de uitmonding van het riviertje de Raam met Gemaal Van Sasse, eveneens uit 1929. Waterschap Aa en Maas moderniseerde dit gemaal in 2016.

Voorbij het gemaal kom je uit op de drukke verkeersweg. Aan je rechterhand zie je in de berm een kazemat staan. 

Dit verdedigingswerk maakte deel uit van de zogeheten Peel-Raamstelling; deze stelling werd in 1939 aangelegd als versterking van de Maaslinie en liep van de Belgische grens bij Weert tot Grave. Het laatste deel maakte gebruik van het riviertje de Raam, dat hier bij Grave in de Maas uitkomt. Bij de Duitse inval in 1940 wist de stelling een volle dag stand te houden. 

Ga vlak voor de verkeersweg (knooppunt 03) linksaf, het fietspad onder de brug door. Deze brug, de John S. Thompsonbrug, is in 2004 vernoemd naar de Amerikaanse luitenant die haar in 1944 tijdens operatie Market Garden op een Duitse overmacht wist te veroveren. 

Voorbij de brug sla je direct linksaf, Koninginnedijk. Sla voorbij de jachthaven linksaf, Havenstraat. Deze maakt een bocht naar rechts; houd op de volgende splitsing links aan, Ruyterstraat. Deze brengt je bij de Maas, ga rechtsaf, even verderop zie je links het bolwerk met twee kanonnen.  

“L’Intriguant” en “Le Partisan”, zo heten deze twee 18e-eeuwse kanonnen aan de Graafse Maaskade. Vervaardigd door een Fransman, vandaar de namen. Ze werden afgevuurd wanneer het Maaswater bij Beers en Cuijk over de overlaten begon te stromen. Dankzij de kanonschoten wist heel de regio dat “de Maas om was”. Er ontstond dan een tweede rivier, de Beersche Maas, die binnendoor richting ’s-Hertogenbosch stroomde. De Beersche overlaat werd in 1942 gesloten, de Cuijkse was toen al 60 jaar dicht.

Sla de straat in die vanaf het bolwerk het stadje inloopt, Oliestraat. Neem de eerste weg rechts, Korte Rogstraat. Aan het eind (knooppunt 04) links en direct rechts, Markt. Je passeert de St. Elisabethkerk aan de Hoofdwagt. 

Aan deze kerk, gewijd aan de H Elisabeth van Hongarije, werd begonnen rond 1240; na de brand van 1415 werd zij herbouwd en in 1535 vergroot tot de grootste kruiskerk in het huidige Nederland. In 1874 stortte de toren in na blikseminslag. Voor herbouw was geen geld; wel kon de huidige kerk in 1981 worden gerestaureerd. Op de plaats van de vroegere torenstaat nu een klokkestoel met de klok van de voormalige Hemelvaartskerk.

Aan het eind van de Hoofdwagt verlaat je even de knooppuntroute; ga vrijwel rechtdoor onder de poort door, Bagijnenstraat. Aan het eind hiervan kom je bij de jachthaven weer op de Koninginnedijk; volg deze tot je weer uitkomt bij de Thompsonbrug. Hier ga je rechtsaf, onder de brug door; bovenaan (knooppunt 03) weer rechtsaf, langs het gemaal; houd dan rechts aan, de Mars en Wijthdijk op. Blijf deze volgen tot vlak voor waar je uitkomt op de verkeersweg; ga hier scherp rechtsaf en direct linksaf, het fietspad naar knoppunt 20.

Vanaf knooppunt 20 rijd je richting dijk, Hans en Grietweg; bovenaan de dijk aangekomen sla je rechtsaf, naar knooppunt 31. Blijf de dijk volgen tot de splitsing bij Overlangel (knooppunt 32); onderweg heb je de oude Maasarm aan je rechterhand, met vele watervogels en aan de overzijde de grazende Taurosrunderen. Verlaat bij knooppunt 32 de dijk en sla linksaf Overlangel in, Oude Graafsestraat; neem de eerste weg links, Vingelenweg. Steek bij de rotonde over en ga aan de overzijde linksaf. Je bereikt direct een T-splitsing; ga hier rechtdoor, het fietspad op. Je verlaat hier weer de knooppuntroute. Volg het fietspad tot je weer uitkomt op de weg; sla hier rechtsaf, Hamelspoelweg.

De Hamelspoel maakt deel uit van de Hertogswetering, die je al eerder zag. Aan de breedte is duidelijk te zien dat dit een deel van een oude Maasbedding is. Tegenwoordig is de Hamelspoel populair als visvijver.

Blijf de Hamelspoelweg volgen. Voorbij de kruising zie je links een begroeide verhoging: de Erfdijk. 

Vóór 1300 was de Maas bij Herpen nog niet bedijkt. Vandaar dat het dorp, dat in de rug gedekt werd door Herperduin, een halve ringdijk had opgeworpen tegen het water van de rivier. Op 13 mei 1332 kregen de Herpenaren van hun heer Johan van Valkenburg toestemming om hun gemeenschappelijke gronden of gement te verdelen in afzonderlijke percelen of erven. Bij elk erf hoorde het verplichte onderhoud van een stukje van de ringdijk. Die werd dan ook spoedig Erfdijk genoemd. Na de voltooiing van de Maasdijken tot voorbij Grave keerde de Erfdijk alleen het water van de Beersche Maas. Toch waren er af en toe dijkdoorbraken, onder andere in 1658 en 1778. Stille getuigen daarvan zijn de nog steeds aanwezige wielen. De zware eikenbomen op de dijk zijn pas geplant nádat deze de waterkerende functie verloren had.

Aan het eind van de Hamelspoelweg sla je linksaf, Zandstraat, en direct rechtsaf, Erfdijk. Ook hier aan de linkerzijde de Erfdijk. Je volgt weer een heel klein stukje de knooppuntroute; ga echter bij knooppunt 59 rechtdoor en volg de Erfdijk tot de snelweg; sla hier linksaf, Heiweg. De weg buigt van de snelweg vandaan (Aalstvoortsestraat) en komt met een bocht uit op de Runstraat, hier loopt weer de knooppuntroute. Sla hier rechtsaf, het viaduct over; neem aan de overkant (Schaijkseweg) het fietspad aan de linkerkant, dit brengt je terug bij het uitgangspunt van deze route.

Horeca onderweg: Bij het start/eindpunt aan beide zijden van de weg een (pannenkoeken)restaurant. De stadjes Megen, Ravenstein en Grave bieden vele gelegenheden. In Demen (nabij het veer op Batenburg) een Café, in Neerloon (Staaijstraat) een broodjesexpress. Openingstijden kunnen variëren.

Achtergrondinformatie De Beersche Maas: Dat een rivier nuttig kan zijn, bijvoorbeeld als verkeersweg, als verdedigingslinie, of simpelweg als watervoorziening, is duidelijk. In dit opzicht is de Maas dus een vriend. Maar bij hoge waterstand, die vooral in de winter optreedt, kon vroeger de sterk meanderende Maas het water niet snel genoeg afvoeren – dan dreigde overstroming en kon de rivier in een vijand veranderen. Daarom werden rivierdijken opgeworpen – omstreeks 1300 was de Maas tot Grave bedijkt. Maar dan nog bleek de kracht van het water soms te groot. Daarom werden overlaten aangelegd: een stuk dijk werd bewust lager gehouden; bij hoogwater overstroomde dan een van tevoren bekende overloopzone op een min of meer gecontroleerde manier (werd althans gehoopt), waardoor de rest van de streek (om niet te spreken van Gelderland en Holland) droge voeten zou houden. De bekendste overlaat was die bij Beers (tussen Cuijk en Grave), die deels gebruik maakte van een oude Maasbedding; als de overlaat in werking trad stroomde het water langs Grave en Herpen (beschermd door de Erfdijk), en vervolgens door de polders noordelijk van Oss om tenslotte ter hoogte van ’s-Hertogenbosch weer in de Maas te komen. Uiteraard werd het overstromingsgebied (buiten dorpen als Haren en Deursen-Dennenburg, die iets hoger liggen) vrijgehouden van permanente bebouwing; ook waren er dwarsdijken (zoals de Groenendijk en de Meerdijk) die bedoeld waren om bij beperkte wateroverlast een deel van het gebied droog te houden. Het gebied dat zou overstromen kon slechts als weiland worden gebruikt, maar profiteerde wel van de afzetting van vruchtbaar slib.

Pas na de kanalisaties van de jaren dertig is de afvoercapaciteit van de Maas dusdanig toegenomen dat de Beersche overlaat (in 1942) kon worden opgeheven

Eindpunt: Schaijkseweg 3
5373 KL Herpen